Inhoudsopgave
Wat zijn de verschillen tussen een secondelijm en een glaslijm en in welke situaties kies je voor de een of de ander? Wij gaan het je hier uitleggen, dus lees snel door.
Glaslijm
Glaslijmen zijn gemaakt om te hechten aan de eigenschappen van glas. Glaslijm zet bijvoorbeeld niet uit of krimpt niet en hecht niet aan oppervlakte-oneffenheden. Glaslijm, oftwel UV-lijm hard uit door blootstelling aan uv-licht (zonlicht). Het kan worden gebruikt om kapotte borden, antiek, spiegels en andere huishoudelijke artikelen te repareren.
Secondelijm
Secondelijm wordt vaak gebruikt voor kleine reparaties en heeft vele voordelen waaronder de omvang van de toepasbaarheid. Het is daarom een praktische keuze voor zeer kleine reparaties. De naam van de lijm ‘secondelijm’ weerspiegelt de snelheid waarmee het twee objecten kan vastzetten. Secondelijm, wordt dan ook wel eens superlijm genoemd. Het wordt aanbevolen voor kleine, hechte verbindingen.
Wel of niet secondelijm gebruiken?
Huishoudelijke snellijmen werken op veel verschillende oppervlakken, waaronder hout, metaal en andere veelvoorkomende oppervlakken. In het verleden was secondelijm vaak de go-to-oplossing voor het repareren en vastzetten van glazen voorwerpen. Het probleem was echter dat dit soort lijmen niet eeuwig goed blijven plakken en bij blootstelling aan vocht en uv-licht minder sterk kunnen worden. Bij glazen ramen of bijvoorbeeld een vaas is dat niet wenselijk door de blootstelling aan vocht en veel gewicht. Bij het schoonmaken of algemeen gebruik kunnen ze daardoor opnieuw breken. Een speciale uv-lijm (glaslijm) blijft sterk en verwakt niet door blootstelling aan water en uv-licht, wat het ideaal maakt voor glas- en transparante kunststofreparaties.
