Inhoudsopgave
Robots zijn de toekomst. Waar we honderd jaar geleden nog nooit van een robot hadden gehoord, zijn we inmiddels helemaal gewend aan een wereld vol robots. In sci-fi films zien robots er altijd heel spannend uit. Vaak lijken ze bizar veel op echte mensen en hebben ze ook iets dat lijkt op een geweten. In de echte wereld zijn robots een heel stuk saaier. Wel is er een duidelijk onderscheid te zien tussen twee verschillende soorten robots. Industriële robots en collaboratieve robots worden dagelijks op de werkvloer gebruikt maar hebben allebei een andere insteek. Laten we eens een kijkje nemen naar de verschillen tussen beide soorten robots.
Cobots en Industriële robots
Cobots werden in 1996 uitgevonden. Het doel van deze uitvinding was om de samenwerking tussen mensen en robots te stimuleren. Robotachtig apparatuur moest veilig genoeg worden om samen te kunnen werken met mensen. Cobots zijn klein, kunnen op verschillende plekken worden ingezet en zijn in staat om uiteenlopende taken uit te voeren. De meest belangrijke kwaliteit van een Cobot is misschien wel dat ze ontzettend veilig zijn. Cobots kunnen gebruik worden om taken uit te voeren op plekken waar slechts weinig plek is. Een industriële robot daarentegen moet aan veel verschillende veiligheidseisen voldoen. Een industriële robot moet automatisch stoppen als een persoon in de veiligheidszone stapt bijvoorbeeld. Hoewel de eerste voordelen op het gebied van uitstraling lijken te zijn (industriële robots zijn groot en lomp, Cobots zijn kleiner en lichter) zijn er ook grote verschillen op het gebied van werkzaamheden. Een Cobot doet vaan kleinere handelingen zoals testwerkzaamheden, schroeven of verpakken. Robots doen op hun beurt veel massiever werk. Een Cobot neemt echt het kleine menselijke werk uit de handen van de mensen en een robot doet de dingen die voor mensen haast onmogelijk zijn. Dat is het verschil tussen collaboratieve en industriële robots.